Behoud van leraren begint bij hun diepste drijfveer

Waarom verlaten leraren het onderwijs? En belangrijker nog: hoe kunnen we hen behouden? Dat was de centrale vraag van een recent onderzoek dat Lüün uitvoerde in samenwerking met Onderwijsregio Midden-Brabant. In dit artikel lees je hoe Theo Voortman, innovatiespecialist bij Lüün, samen met oud-leraren in deze vraag dook en welke inzichten hij ontdekte die scholen direct kunnen toepassen. 

Hieronder zie je de visuele vertaling van het onderzoek. Download de visual als PDF. Benieuwd naar het gehele rapport? Dit vraag je onderaan deze pagina gratis aan.

Onderzoek naar gedrag én motivatie

Onderwijsregio Midden-Brabant bestaat uit twaalf besturen in en rondom Tilburg die samenwerken om oplossingen te vinden voor arbeidsmarktvraagstukken in het onderwijs. Als innovatiepartner werkt Lüün al sinds 2022 met deze regio samen. Eén van de thema’s die daar hoog op de agenda staat, is het behoud van leraren. 

Hieruit ontstond de wens om verdieping te zoeken en antwoord te krijgen op twee centrale onderzoeksvragen:

  • Wat zijn de redenen waarom ervaren en startende leraren (ook via zij-instroomtrajecten) het onderwijs verlaten?
  • Hoe kunnen we met concrete maatregelen inspelen op het behoud van (aspirant) leraren en het aantrekken van herintreders?

Theo: “Er is al veel onderzoek gedaan naar dit onderwerp. Wij wilden echt een nieuwe invalshoek vinden. Voor mij ligt die bij gedrag. Waarom doen we als mens wat we doen? En welke kleine gedragsveranderingen kunnen we stimuleren om een groot effect te bereiken?”

Theo gebruikte het gedragsmodel van B.J. Fogg, dat uitgaat van motivatie en eenvoud. “Je kunt mensen motiveren, of je kunt ook kijken hoe je gewenst gedrag eenvoudiger en toegankelijker maakt. Dat was ons uitgangspunt.”

“Leraren willen kinderen helpen ontwikkelen”

Wat Theo direct opviel, was de blijvende passie van oud-leraren. “Ze vertelden met zoveel liefde over hun vak. Het onderwijs zit nog steeds in hun hart. Dan is het toch pijnlijk om te zien dat ze het hebben verlaten.”

Die bevinding leidde tot een belangrijk inzicht: het draait niet per se om het lesgeven zelf. “Leraren willen kinderen helpen zich te ontwikkelen. Lesgeven is daar één manier voor, maar als zij in die vorm niet genoeg impact ervaren, zoeken ze naar andere manieren.”

Dit benadrukt dat het behoud van leraren niet draait om het behouden van een functie, maar om het behouden van hun bijdrage. “Als leraren het gevoel hebben dat ze niet meer écht bijdragen, dooft hun enthousiasme. En dat is eeuwig zonde, want de drive is er nog.”

Van inzichten naar concrete aanbevelingen

Op basis van de gesprekken en gedragsinzichten vertaalde Theo de resultaten naar vijf praktische aanbevelingen, waarmee scholen direct aan de slag kunnen.

Eén daarvan is: “Durf iets te schrappen. Laat een taak of systeem tijdelijk los en kijk wat er gebeurt. Dat biedt ruimte om opnieuw te beoordelen wat écht bijdraagt aan de ontwikkeling van leerlingen.”

Een andere aanbeveling: “Voer het gesprek over de diepere drijfveren van leraren. “Vraag aan ze: waarom ben je ooit dit vak ingegaan? Wat wil jij bijdragen aan kinderen? Als je dat weer expliciet maakt, neemt het werkgeluk vaak toe.”

Elke school kan zelf bepalen welke aanbeveling het best aansluit bij de eigen situatie. “Het gaat om kleine stappen, kleine gedragsveranderingen die je met het team bespreekt en test in de praktijk.”

Meer dan behoud ook werkgeluk en veerkracht

Hoewel het onderzoek startte vanuit behoud, raakt het ook bredere thema’s zoals werkgeluk en veerkracht. “Als leraren voelen dat ze bijdragen aan iets wezenlijks, kunnen ze meer werkdruk aan. Je hoeft niet alles op te lossen, maar als de kern klopt, kan iemand veel hebben.”

Theo: “De leraren die we spraken werkten vaak graag ‘over’. Niet omdat het moest, maar omdat ze meer van hun eigen visie kwijt konden in hun lessen. Als die ruimte verdwijnt, gaat ook het werkgeluk omlaag.” Het laat zien dat het ervaren van werkdruk niet perse negatief is, zolang mensen het gevoel hebben dat ze bijdragen.

Van onderzoek naar praktijk

Op dit moment wordt één van de aanbevelingen getest op een school binnen de onderwijsregio. “We starten daar met een kleine gedragsinterventie. Het team kiest zelf een aanbeveling en we proberen die uit in de klas. Geen groot verandertraject, maar kleine stappen, direct toepasbaar. Veel leraren doen dit soort dingen al intuïtief. Deze aanpak helpt hen om dat bewust te doen, samen met hun team.”.

Toekomst: ruimte voor hybride rollen

Tot slot werpt Theo een blik vooruit. “Ik geloof dat we naar een toekomst gaan waarin mensen hybride kunnen werken. Bijvoorbeeld drie dagen voor de klas en twee dagen in een andere rol, zoals het ontwikkelen van educatieve software. Waarom zouden we iemand dwingen te kiezen voor één sector, als meerdere passies juist voor vernieuwing kunnen zorgen?”

Hybride werk biedt niet alleen perspectief voor leraren, maar draagt ook bij aan vernieuwing binnen het onderwijs. “De kruisbestuiving tussen onderwijs en andere sectoren is enorm waardevol.”

Onderzoekrapport inzien?

Ben je benieuwd naar de vijf aanbevelingen en verdieping in het volledige rapport? Vraag het rapport gratis aan via het onderstaande formulier en ontdek hoe jouw school stappen kan zetten richting duurzaam leraar behoud!

Theo Voortman, innovatiespecialist Lüün

Theo Voortman, innovatiespecialist Lüün

* verplicht veld

Ja, ik ontvang graag deze publicatie

Vul onderstaand formulier in om 'Onderzoeksrapport Behoud van leraren begint bij hun diepste drijfveer' aan te vragen.